“Hoe lang denk je dat je er over doet?” Vraag Tal me voor de start. “Dan wachten wij binnen even tot je er bijna bent.”
“Geen idee eigenlijk. Ongeveer één uur en vijf minuten denk ik.”
Chantal (Tal dus) en Dylana gaan eigenlijk bijna altijd mee naar hardloopevenementen. Iets dat ik heel erg waardeer. Je moet er toch maar zin in hebben: op zondagochtend voor dag en dauw ergens in een clubhuis verzamelen met allemaal anderen mensen die ook die afwijking hebben.
De pepernoterun
Het parcours is vandaag iets langer dan vijftien kilometer en uitgaand van mijn huidige PR op die afstand zou ik er dus ongeveer 65 minuten over doen.
Klinkt prima.
Ik heb niet de intentie om vandaag heel hard te gaan of om alles eruit te trekken. Sinds een week of twee loop ik vijf keer per week dus een beetje mak aan doen kan geen kwaad denk ik zo.
Je moet altijd voorzichtig zijn als je je trainingsvolume ineens opvoert.
Toch gaat het allemaal even heel anders
De eerste kilometer lopen we weg in ongeveer vier minuten. Iets te snel.
Kilometer twee en drie gaan grofweg in hetzelfde tempo. Weer te snel zou je denken, maar zo voelt het niet.
Mijn ademhaling heb ik nog prima onder controle en het voelt ook niet ‘hard’ aan. We lopen nu met een mannetje of vijf op dit tempo en ik besluit voorlopig bij dit groepje te blijven.
Ik kijk niet meer op mijn horloge om mijn hartslag te controleren. Het zal wel. Het voelt makkelijk. Alleen mijn kilometertijd controleer ik nog.
Kilometer zeven
Er zijn al wat mensen afgehaakt in ons groepje maar ik zit er nog bij, het gaat nog steeds vanzelf. De vorige drie kilometer liepen we zelfs dik onder de vier minuten per kilometer.
“Als ik zo doorloop dan kom ik op tien kilometer door op mijn PR tijd, onder de 40 minuten.” Denk ik in mezelf.
“Maar dan moet ik er dus nog vijf!” Is gelijk mijn volgende gedachte.
Ik besluit er voor te gaan. “Fuck it. Er kunnen nu twee dingen gebeuren Ray: of je stort in rond kilometer dertien, of je loopt die vijftien onder het uur.”
Zoals je ziet kan ik mezelf prima gezelschap houden onderweg.
“Komop, het leukste deel moet nog komen.”
Zeg ik tegen de man die iets te zwaar hijgend naast me komt lopen rond kilometer tien. We komen het 10KM punt inderdaad voorbij onder de 40 minuten.
“Nou… ik ben er wel klaar mee!” Is zijn antwoord.
Het was gelijk een poging mezelf wat moed in te praten. Ik heb vooralsnog geen idee of ik dit tempo houd.
Maar negatieve gedachten blijven weg.
Het wordt nergens zwaar.
We zijn nog met zijn tweeën over en op het 14KM punt besluiten we beide het tempo nog wat op te voeren voor een snellere laatste kilometer.
Het bordje met 15KM komt voorbij op 59 minuten en 43 seconden.
Holy shit.
Het parcours is net iets langer en we komen over de finish op 1 uur en 18 seconden.
Tal stond wel bij de finish om wat foto’s te maken maar heeft me totaal gemist omdat ze me nog niet verwacht had.
Ik vind het allemaal prachtig. Dit geeft vertrouwen voor de komende tijd en voor volgend jaar.