Stiekem was ik er wel een beetje aan toe, de rust/herstelweek die voor deze week op de planning stond. Ik had aardig wat vermoeidheid opgebouwd en had hier en daar last van wat pijntjes in spieren, vooral in de binnenkant van mijn rechter bovenbeen.
In de dagen voor de maandag-training had ik geprobeerd om deze spier even goed met de foamroll te bewerken maar probeer daar maar eens goed bij te komen. Ik kroop half tijgerend met een foamroll onder me door de woonkamer, dit moet er fantastisch uit gezien hebben. Helaas zijn er geen beelden van.
Ik gebruik trouwens deze foamroll en als het nodig is dan rol ik mijn kuiten, bilspieren, IT-band en bovenbenen. Als ik ergens last van heb dan zoek ik voor dat specifieke deel (zoals de binnenkant van mijn bovenbeen) vaak een YouTube filmpje op en spendeer hier dan elke ochtend en avond even 5 minuten aan.
Maandagavond was ik dan ook benieuwd hoe het met mijn bovenbeen zou gaan, zeker omdat er voor ruim 6 KM aan tempo’s op de planning stond. Met de trainer afgesproken dat ik de tempo’s rustiger aan zou doen of helemaal zou overslaan als ik teveel last kreeg. Dit was de week om te herstellen en eventueel wat extra rust in te lassen. Er staan nog wat pittige trainingsweken op het schema, dus dan kunnen we hier maar beter gebruik van maken.
Met dit allemaal in gedachte begon ik maandagavond mijn eerste tempo’s te lopen. Tot mijn eigen verbazing had ik 0,0 last. In tegenstelling zelfs, ik voelde me erg fit. Langzaam heb ik het tempo wat verhoogd en ook de snelste tempo’s gingen moeiteloos. Dat voelde goed. Het foamrollen had blijkbaar toch geholpen en ik had niet voor niks als een dronken zeehond door mijn woonkamer gekropen, nice!
De energie paradox
Er viel mij achteraf nog iets anders op aan de maandag-training. Ik heb het nu al een paar keer ervaren dat mijn trainingen in de avond veel beter en makkelijker gaan als ik overdag meer loop en wandel.
Als ik overdag mijn 10.000 stappen al haal dan lijkt het echt makkelijker te gaan op een avond-training terwijl je juist het tegenovergestelde zou verwachten. Die 10.000 stappen overdag kosten immers al energie en zijn toch een belasting voor je spieren en gewrichten, maar blijkbaar werkt dit niet zo, althans, zo lijkt het. Het lijkt energie op te leveren en je training te helpen.
Ik ben benieuwd of er meer hardlopers zijn die dit ervaren en heb het ook al aan een trainingsmaatje gevraagd. Hem was tot nu toe nog niks opgevallen. Laat het me weten in de commentaren of spreek me gewoon aan, kan natuurlijk ook.
Mijn stappengemiddelde gaat wel lekker trouwens op zo’n marathonschema.

Lente-training
De woensdag heb ik kort maar krachtig gehouden. Na ongeveer 9 KM vond ik het mooi geweest. Van deze 9 KM heb ik er ongeveer 5 in mijn marathontempo gelopen (4:40/KM).
Er stond ongeveer 11 KM op het schema maar ik wilde graag een rondje lopen dat ik leuk vind en die is toevallig 9 KM. Aangezien dit de week is waarin een beetje extra rust geen kwaad kan leek me dat geen probleem.
De pijntjes van vorige week zijn gelukkig allemaal weg.
Weer nieuw rubber
Een paar Running Diary’s terug heb ik geschreven over mijn mislukte poging om nieuwe schoenen aan te schaffen. Dat paartje heb ik ondertussen verpatst op marktplaats omdat het simpelweg niet te doen was.
Deze keer heb ik het op safe gespeeld. Zelfde paar Nike (Zoom structure 21) dat ik al twee keer eerder gekocht heb. Ze zijn nog steeds te koop en voor ongeveer acht tientjes kun je dan niet tobben als je zeker weet dat ze goed lopen. Probleem opgelost. Ik blijf deze ook gewoon kopen zolang ze te koop zijn en op deze schoenen ga ik ook de marathon lopen.
Lange duurloop
Voor vrijdag stond er niets op de planning maar om wel enigszins in het ritme te blijven zijn we gaan wandelen op hetzelfde tijdstip. Op deze manier houd ik in ieder geval de gewoonte in stand om iets te doen op vrijdagmiddag. Daarnaast vind ik wandelen bijna even leuk als hardlopen en wordt het zwaar onderschat als training.
De lange duurloop die deze keer voor zaterdag op de planning stond was een progressieve lange duurloop. Dat betekent dat je langzaam begint en steeds sneller moet gaan lopen. In tegenstelling tot wat veel mensen denken is het langzaam lopen het moeilijkste gedeelte.
In mijn geval betekent dit dat ik begin met een tempo van 6:00/KM en elke 30 minuten versnel met 0:15/KM. Het tempo moet dan vier keer verhoogd worden waardoor ik eindig met 30 minuten op 5:00/KM. Aan het einde heb je dan ongeveer 27 KM gelopen. En zoals eerder aangegeven, vind ik het eerste deel het moeilijkst. Na de eerste kilometer gaf mijn klokje een tempo door van 5:30/KM, te snel. Na wat corrigeren links en rechts had ik uiteindelijk toch een mooi oplopend tempo.

Nog vijf weken. Het aftellen gaat toch wel langzaam beginnen nu. Over drie weken, op 24 Maart, is mijn thuiswedstrijd; de 20 van Alphen. Twee weken daarna is mijn eerste marathon. Ik heb er zin in.
Laat hieronder een reactie achter als je even hoi wilt zeggen of iets anders leuks te melden hebt. Je kunt me ook volgen op de diverse socials of schrijf je hieronder in op mijn nieuwsbrief om af en toe een mailtje te krijgen bij leuke updates.